Wet herziening partneralimentatie

Met ingang van 1 januari 2020 treedt de nieuwe wet waarschijnlijk in werking. De Eerste Kamer heeft op 21 mei 2019 hiermee ingestemd.

Wat houdt de wet herziening partneralimentatie precies in?

De maximale duur van partneralimentatie gaat met deze weg omlaag van twaalf jaar naar vijf jaar. Let op: het gaat om de maximale duur. Partneralimentatie kan ook over een kortere termijn worden vastgesteld of overeengekomen.

Waarom deze wijziging?

De reden is gelegen in het feit, dat de regering financiële onafhankelijkheid van met name vrouwen wil bevorderen. De huidige duur van de partneralimentatie stimuleert momenteel vrouwen niet voldoende om in hun eigen levensonderhoud te voorzien. De wetgever wil hiermee de economische zelfstandigheid van vrouwen stimuleren. Met andere woorden; de regering vindt het belangrijk dat partners die op het moment van scheiding niet economisch zelfstandig zijn dit alsnog worden. Wel moet dit binnen een redelijke termijn gebeuren.

Kan dat niet op een andere manier?

De Minister voor Rechtsbescherming, de heer Dekker geeft aan dat de regering verschillende maatregelen treft. Dit doen zij om de arbeidsmarktpositie van vrouwen te verbeteren. Te denken valt aan een meer gelijke verdeling en het faciliteren van de combineerbaarheid van arbeid en zorg ook de verlaging van de belastingtarieven op arbeid en verhoging van de arbeidskorting. Ook het tegengaan van zwangerschapsdiscriminatie en de verkleining van achterstanden op de arbeidsmarkt van specifieke groepen vrouwen.

Zijn er uitzonderingen?

Ja, er zijn drie uitzonderingen. Dit omdat het voor bepaalde groepen niet eenvoudig is om na een kortere periode van partneralimentatie in het eigen levensonderhoud te voorzien. In de volgende uitzonderingsgevallen geldt toch een langere alimentatieduur:

  1. Als op het tijdstip van indiening van het verzoek de duur van het huwelijk langer is dan vijftien jaren en de leeftijd van de alimentatiegerechtigde ten hoogste tien jaar lager is dan de op dat moment geldende AOW-leeftijd, eindigt de alimentatieverplichting als de alimentatiegerechtigde de AOW-leeftijd heeft bereikt. Dit is tien jaar als de betrokkene precies tien jaar vóór de AOW-leeftijd zit op het moment van scheiding.
  2. De tweede uitzondering ziet op gezinnen met jonge kinderen. Als de uit het huwelijk geboren kinderen nog niet allemaal de leeftijd van twaalf jaren hebben bereikt, eindigt de alimentatieduur niet eerder dan op het tijdstip dat het jongste kind twaalf jaar is geworden. De alimentatie kan dan dus maximaal twaalf jaar duren.
  3. De derde uitzondering verlengt de alimentatieduur voor alimentatiegerechtigden van vijftig jaar en ouder. Alimentatiegerechtigden die op of voor 1 januari 1970 zijn geboren, krijgen tien jaar in plaats van vijf jaar alimentatie. Deze uitzonderingsgroep wordt jaarlijks kleiner en zal na verloop van enkele jaren verdwijnen, omdat de datum van 1 januari 1970 wettelijk is vastgelegd en niet meebeweegt met de tijd. Als er een samenloop van omstandigheden is van meerdere uitzonderingen, dan geldt de langste termijn.

Wat is de hardheidsclausule?

Naast de uitzonderingen op de nieuwe hoofdregel van vijf jaar, kent het wetsvoorstel ook een hardheidsclausule. Als de beëindiging van de alimentatie gelet op alle omstandigheden van het geval, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet kan worden gevergd van de alimentatiegerechtigde, kan de rechter op diens verzoek alsnog een termijn vaststellen. Daarmee kan de alimentatieduur in schrijnende gevallen worden verlengd. In de wetsgeschiedenis komt een aantal voorbeelden van dat soort schrijnende gevallen aan de orde:

  • het in onvoldoende mate kunnen terugkeren op de arbeidsmarkt door tijdens het huwelijk ontstane gezondheidsproblemen van de alimentatiegerechtigde of de zorg voor een gehandicapt kind;
  • alimentatiegerechtigden die de zorg dragen voor een gehandicapt of ernstig ziek (minder- of meerderjarig) kind, of die langdurig en intensief belast zijn met mantelzorg voor andere (schoon)familieleden;
  • een alimentatiegerechtigde die aantoonbaar aan de alimentatieplichtigen hebben verzocht om zorgtaken voor de kinderen over te nemen, waarop die dit hebben geweigerd;
  • alimentatiegerechtigden die voor of tijdens het huwelijk arbeidsongeschikt of ziek zijn geworden, waardoor zij in de voor hen geldende alimentatietermijn geen economische zelfstandigheid hebben kunnen bereiken.

Uiteindelijk beoordeelt de rechter of er sprake is van een situatie die van toepassing is op het vorenstaande.

Verandert er iets aan de manier waarop de partneralimentatie wordt berekend?

Het antwoord is nee. De berekeningssystematiek blijft hetzelfde. Per zaak bekijkt een deskundige hoe hoog de behoefte van de alimentatiegerechtigde aan partneralimentatie is en wat de draagkracht van de alimentatieplichtige is. Anders dan bij kinderalimentatie rekent het programma niet met forfaitaire bedragen. De regering heeft wel aangekondigd dat ze aandacht gaat besteden aan de vraag of het stelsel van partneralimentatie meer forfaitair kan worden ingericht. Dit gebeurt in het kader van breder onderzoek naar de vraag welke aanpassingen kunnen bijdragen aan een vergroting van de acceptatie van de alimentatieplicht (en daarmee aan een vermindering van het aantal procedures).

Voor wie geldt de nieuwe wet?

Deze geldt enkel op een alimentatieverplichting die op of na 1 januari 2020 tussen partijen is overeengekomen. Ook geldt de wet bij zaken waarbij het verzoekschrift tot echtscheiding is ingediend op of na 1 januari 2020. De wetswijziging heeft geen gevolgen voor bestaande alimentatieverplichtingen.

Heb ik ook recht op partneralimentatie als ik samenwoon?

In de regel niet. Wie niet getrouwd is, geen geregistreerd partnerschap is aangegaan en evenmin afspraken heeft gemaakt over een partneralimentatieverplichting kan geen partneralimentatie afdwingen.

Gaat deze wet ook echt wat veranderen?

De toekomst zal moeten uitwijzen of de nieuwe wet daadwerkelijk leidt tot meer economische zelfstandigheid van met name vrouwen. Na de inwerkingtreding van de nieuwe wet zal de wetgever deze vooreerst na vijf jaar evalueren.

Gratis adviesgesprek

Neem contact op voor vragen of een gratis adviesgesprek.


    Wij nemen vandaag nog contact met u op.